Afgelopen weekend had ik surveillancedienst. Het weer zou volgens de verwachtingen van het KNMI echt herfstweer worden. Regenbuien en een stevige wind. Buien hebben we gehad en ook de wind was op sommige momenten onstuimig, maar over het algemeen hebben we in het weekend toch kunnen genieten van best aardig weer. Mooi genoeg om naar buiten te gaan en een stevige boswandeling te maken.
Tamme kastanjes: Heerlijk om te poffen
Op de dagcamping Holterberg trof ik een gezin dat tamme kastanjes aan het zoeken was. En zij waren niet de enigen. Het poffen van tamme kastanjes kan een heel gezellige familie-bezigheid zijn: Samen lekker rond de vuurkorf of in de keuken om de kastanjes te ‘pellen’, te poffen en lekker oppeuzelen. Maar er is nog een goede reden om te genieten van tamme kastanjes. Ze zijn gezond. Kastanjes zijn een stuk minder vet dan andere noten.
De tamme kastanje en de wilde kastanje (ook wel paardenkastanje) worden nogal eens door elkaar gehaald. Eigenlijk is dat heel vreemd, want de soorten zijn geen familie van elkaar. De tamme kastanje behoort tot de beukenfamilie en alleen de vruchten van de tamme kastanje kun je eten.
De tamme kastanje is door de Romeinen naar Noord-Europa gebracht. Zij plantten de bomen aan om hun legioenen van voedsel te voorzien. In Nederland werd de tamme kastanje later vooral veel aangeplant op landgoederen, maar in het bos kom je de boom zelden in een plantverband tegen: de meeste tamme kastanjes in het bos zijn niet door de mens aangeplant. Daar zijn we een handje bij geholpen door bijvoorbeeld gaaien, eekhoorns en muizen. En om deze helpers van de natuur te helpen met het bos van de toekomst, vragen wij je, indien je van plan bent tamme kastanjes te gaan zoeken, hier rekening mee te houden. Zo kun ook jij helpen aan het bos van de toekomst!